30 oktober 2012
Bij het aangaan van een huurovereenkomst van een huurwoning zal zeer waarschijnlijk of in de huurovereenkomst of in de algemene huurvoorwaarden van de verhuurder staan dat de huurwoning “conform de bestemming van het gehuurde” moeten worden gebruikt. De bestemming is uiteraard deze van een woonhuis. Indien de bestemming wordt gewijzigd, bijvoorbeeld om bedrijfsmatige activiteiten te ontplooien, kan dit leiden tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde.
Prostituee als logee
In de eerste casus gaat het om een prostituee die bij een vriend gaat logeren in zijn huurwoning en die, zonder dat de vriend hiervan op de hoogte is, een advertentie plaatst op een sekssite en haar werkzaamheden verricht vanuit de betreffende huurwoning. Verhuurder komt hierachter na een controle van de Regionale Recherche Dienst Controle Prostitutie en Mensenhandel (CPM) en vordert ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de huurwoning, onder meer op grond van strijd met de overeengekomen bestemming van woonhuis door het exploiteren van een illegale seksinrichting in het gehuurde. Uit de procedure blijkt dat de logee in een periode van ongeveer tien dagen seksuele diensten tegen betaling heeft aangeboden, echter van overlast is geen sprake geweest.
Prostitutie in huurwoning
In de tweede casus wordt in kort geding (zie ook de blog “Verschil tussen bodemprocedure en kort geding”) ontruiming van de huurwoning gevorderd. Ook hier betreft het een vriendin van de huurder die in de woning verblijft en van daaruit seksuele diensten tegen betaling aanbied. De politie is ook hierachter gekomen aan de hand van een geplaatste advertentie op het internet. Echter de huurder was in deze casus wel op de hoogte van de werkzaamheden van zijn logee en de huurder was een aantal jaren geleden al eens eerder gewaarschuwd met betrekking tot het laten verrichten van dergelijke activiteiten in een andere huurwoning van dezelfde verhuurder. De duur van de illegale seksinrichting betrof hier ongeveer zeven maanden.
Ontruiming?
Bij de eerste casus oordeelde de rechter dat, alleen op grond van het feit dat in de gehuurde woning tijdens een periode van ongeveer tien dagen seksuele diensten tegen betaling zijn aangeboden door een logee van de huurder de bestemming van het gehuurde niet is gewijzigd. De huurovereenkomst werd in deze procedure derhalve niet ontbonden en de huurwoning is dus ook niet ontruimd. Bij de tweede casus heeft de rechter in kort geding de vordering van de verhuurder tot ontruiming van de huurwoning toegewezen: gelet op de duur van de activiteiten kan hier wel gesproken worden van een bestemmingswijziging en moest worden geconcludeerd dat de woning is gebruikt voor bedrijfsmatige activiteiten. Dat de huurder al eens eerder was gewaarschuwd voor dergelijke activiteiten heeft de rechter ook meegenomen in zijn oordeel.
Juridische tip
Zoals uit de twee verschillende casussen blijkt, is niet altijd direct sprake van bestemmingswijziging indien (weldegelijk) bedrijfsmatige activiteiten worden verricht. Heeft u vragen over de bestemming van een gehuurde zaak of over het opnemen van dergelijke bepalingen in een huurovereenkomst of algemene huurvoorwaarden, of algemeen over huurrecht, neem dan eens contact op.
Joost Hofman