20 oktober 2016
Werkgever valt een zieke werknemer lastig met voorstellen tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst tegen de wil van werknemer in. Dit samen met het feit dat werkgever ook niet geheel heeft voldaan aan haar re-integratieverplichtingen is voor het gerechtshof voldoende voor het toekennen van een billijke vergoeding van € 15.000,- aan werknemer op grond van ernstig verwijtbaar handelen van werkgever.
Casus
Werknemer is vanaf 1988 in dienst bij werkgever en vanaf 2011 wordt de arbeidsverhouding met werkgever minder. Als gevolg van enkele voorvallen heeft werknemer in 2011, 2013 en begin 2015 een coachingstraject gevolgd. In 2011 was de aanleiding dat werknemer als gevolg van te hard en te veel werken een aantal uitglijders had gemaakt. In 2013 was de aanleiding een integriteitskwestie en begin 2015 ziekte van werknemer. Werknemer had zich eind 2014 namelijk ziek gemeld, omdat werknemer mentaal en fysiek de werkzaamheden niet (meer) aankon.
In april 2015 heeft werknemer een gesprek met werkgever waarin die laatste aanstuurde op de mogelijkheid van een beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Daarna hebben er nog een aantal mediationgesprekken plaatsgevonden, maar deze zijn uiteindelijk door de mediator beëindigd, omdat partijen er niet uit kwamen. Het UWV oordeelt later in 2016 (bij een second opinion) nog dat werknemer ongeschikt is voor het verrichten van het eigen werk.
Werkgever heeft uiteindelijk bij de kantonrechter (in eerste aanleg) verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een verstoorde arbeidsverhouding. De kantonrechter wijst dit toe en kent tevens een transitievergoeding toe. Het verzoek van werknemer tot het toekennen van een billijke vergoeding wordt echter afgewezen. Werknemer gaat derhalve in hoger beroep en verzoekt primair herstel van de arbeidsovereenkomst en subsidiair een billijke vergoeding.
Oordeel gerechtshof
Het gerechtshof is van oordeel dat sprake is van een duurzame en grondige verstoorde arbeidsverhouding en het gerechtshof volgt daarmee de kantonrechter in eerste aanleg. Het arbeidsconflict was reeds begonnen in 2011 en door alle gebeurtenissen daarna is er een duurzame en grondige verstoring van de arbeidsverhouding ontstaan. De ziekte van werknemer en het daarmee verband houdende opzegverbod staat de ontbinding van de arbeidsovereenkomst dan ook niet in de weg. Herplaatsing is ook niet mogelijk volgens het gerechtshof. Het gerechtshof is echter wel, anders dan de kantonrechter, van mening dat werkgever grovelijk haar verplichtingen uit de arbeidsovereenkomst met werknemer niet is nagekomen en dat de verstoorde arbeidsverhouding mede als gevolg daarvan is ontstaan. Werkgever mag een zieke werknemer, die mentaal kwetsbaar is, niet lastig vallen met beëindigingsvoorstellen en nu werkgever ook haar re-integratieverplichtingen niet (volledig) is nagekomen, is sprake van ernstig verwijtbaar handelen volgens het gerechtshof. De werkgever dient derhalve een billijke vergoeding aan werknemer te voldoen ten bedrage van € 15.000,-.
Indien u vragen heeft over een zieke werknemer of over een billijke vergoeding, kunt u uiteraard contact met ons opnemen.
Joost Hofman