19 juni 2012
De rechtbank Den Haag oordeelde recentelijk dat het veelvuldige en onophoudelijke stalking-gedrag van een vrouw die van haar ex partneralimentatie ontving, aanleiding gaf om de partneralimentatie op nul te stellen. De vrouw stalkte haar ex en hun minderjarige dochter, die inmiddels bij de man verbleef, sinds de scheiding veelvuldig. Zij had in een periode van twee jaar 250 brieven aan de man gestuurd, hield zich op voor het huis van de man en drong daar zelfs binnen – ook ’s nachts – en misdroeg zich ernstig bij het kinderdagverblijf van de dochter. De situatie werd zo erg dat Bureau Jeugdzorg de man op enig moment voor de keuze heeft gesteld om of te verhuizen of zijn dochter zou ondertoezicht worden gesteld en uit huis worden geplaatst. Hij koos ervoor te verhuizen.
De procedure
Ook de verhuizing, straat- en contactverboden, arrestaties en zelfs detentie hielden de vrouw niet tegen. De man heeft toen een verzoekschrift ingediend met (o.a.) het verzoek de partneralimentatie van op dat moment € 753,51 per maand stop te zetten. De man stelt als grond voor zijn verzoek dat sprake is van een wijziging van omstandigheden. Volgens de man voldeed de uitspraak van de rechtbank op grond waarvan hij de panteralimentatie moest betalen niet meer aan de wettelijke maatstaven, omdat door het wangedrag van de vrouw de lotsverbondenheid[1] tussen partijen was komen te vervallen.
De uitspraak
De rechtbank is van oordeel dat sprake is van zodanig wangedrag van de vrouw dat de lotsverbondenheid is komen te vervalen. Voornoemd gedrag van de vrouw legt een zodanige psychische druk op de man dat zijn leven en het leven van de minderjarige dochter daardoor worden ontwricht. Dat het gedrag van de vrouw mogelijk zou worden ingegeven door een psychische stoornis, zoals de vrouw heeft gesteld, doet daaraan volgens de rechtbank niet af omdat zij zich daarvoor niet laat behandelen. De rechtbank wijst het verzoek van de man om de partneralimentatie op nihil te stellen toe.
Juridische tip
Bij de beantwoording van de vraag of de lotsverbondenheid door wangedrag is geëindigd, is niet in de eerste plaats de bedoeling van de alimentatiegerechtigde van belang, maar veel meer het effect van diens gedrag op de alimentatieplichtige. De alimentatieplichtige moet aannemelijk maken dat het wangedrag dusdanig grievend is dat niet van hem gevergd kan worden dat hij partneralimentatie blijft betalen. Diverse gedragingen kunnen als grievend wangedrag worden aangemerkt. Voorbeelden zijn structurele mishandeling, doodslag, het uiten van ongegronde beschuldigingen jegens de alimentatieplichtige, het verspreiden van leugens en, zo blijkt, ook stalking. Heeft u vragen over alimentatie of de eventuele beëindiging daarvan neem dan eens contact met ons op.
Anneloes van Tuijn
[1] Lotsverbondenheid is de grondslag voor de mogelijkheid van het toekennen van een uitkering door de rechter. In de wet is bepaald dat echtgenoten “het nodige” aan elkaar moeten verschaffen. Lotsverbondenheid wordt daarom in beginsel verondersteld bij ex-echtgenoten.